subnav3Over Mearslach

Individu en gemeenschap
De hedendaagse maatschappij vraagt van het onderwijs steeds meer aandacht voor de ontwikkelingskansen van het individuele kind. Begrijpelijk. Want het kind bestaat immers niet!
Kinderen zijn jonge mensen in ontwikkeling met verschillende kwaliteiten betreffende bijvoorbeeld:

subnav2interesse
subnav3intellectuele capaciteiten
subnav4creatieve aanleg
subnav5werkinstelling
subnav1concentratie
subnav6sociale achtergrond

Tegelijkertijd moet ook rekening worden gehouden met het gegeven dat elk individu alleen dan goed tot zijn recht komt binnen een gemeenschap.

Kennis >> informatie
Een belangrijk punt is de vraag wàt er geleerd moet worden.
In onderwijskringen hoor je het tegenwoordig regelmatig: ‘kennis is niet meer van belang, want alle informatie is wel op het internet te vinden’. Toch moet er o.i. in dit verband een duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen kennis en informatie.
Kennis is ge- interpreteerde en gestructureerde informatie. Die kennis zit in je hoofd. Daarom acht ‘Mearslach’ het van groot belang dat leerlingen zich bij elk thema eerst de basisbegrippen eigen maken. Informatie staat op het internet. Tijdens het werken wordt dan ook op gepaste wijze gebruik gemaakt van alle mogelijkheden van de digitale media.

Aanbod: op ‘papier’ èn digitaal
Een derde aspect waaraan aandacht moet worden besteed is de roep om totale digitalisering van het onderwijsaanbod. De ervaring – tot nu toe - leert dat leraren en leerlingen het op prijs stellen om de lesprogramma’s op papier aangeboden te krijgen. Dit gegeven is vergelijkbaar met het feit dat kranten tegenwoordig digitaal gelezen kunnen worden. Toch geven de meeste lezers vooralsnog de voorkeur aan de ‘papieren’ krant. Dit betekent niet dat er in de programma’s geen gebruik wordt gemaakt van digitale media. Juist wel!

Stichting Mearslach is echter van mening dat opdrachten voor internetgebruik nooit algemeen maar altijd specifiek moeten zijn. Dus niet: zoek op internet naar…………. Maar gericht: Zoek op www………….nl. Bovendien is - ook voor leerlingen – op www.mearslach.nl vaak al veel te vinden: informatie/verwijzingen enz.

Al deze sporen vragen om speciale accenten in het lesaanbod en de manier van (ver)werken.
De speciale opbouw van de thema’s die Mearslach toepast bieden hiertoe optimale mogelijkheden!
foto oer1

Theorie èn praktijk

Werkmodel
In de thema’s wordt gebruik gemaakt van onderstaand format. De flexibiliteit van dit pedagogisch-didactisch concept daagt kinderen namelijk uit om - op eigen niveau - te werken aan kennis en kunnen, maar ook aan belangrijke vaardigheden zoals, kritisch leren denken, creativiteit en sociale competenties. Tegelijkertijd biedt deze manier van werken leerkrachten de gelegenheid om hun leerlingen te adviseren, te stimuleren en te observeren.

schema new nl
(klik voor een vergroting)

Toelichting op het model


Inleiding

In de introductie wordt ingegaan op dat wat de kinderen al weten over het onderwerp. Daarna volgt een korte toelichting over de inhoud van het thema. Ook wordt uitgelegd hoe er gewerkt zal worden: na het gemeenschappelijk basisprogramma biedt het keuzeprogramma kansen om zelfstandig te werken en een eigen invulling te geven aan de opdrachten.

Basisprogramma
Dit onderdeel is voor alle leerlingen hetzelfde. Hierdoor ontstaat een gemeenschappelijke basis voor het werken aan het keuzeprogramma. Aangeraden wordt om het basisprogramma klassikaal uit te voeren. Het basisprogramma wordt afgesloten met een speciale opdracht.

Keuzeprogramma
N.B. Dit onderdeel vraagt speciale aandacht!

Uitgelegd moet worden dat de leerlingen aan de slag kunnen met een gevarieerde serie opdrachten:
* verdiepend, ‘gewoon’, moeilijk, creatief
* opdrachten in school maar ook buiten school/ thuis
* opdrachten in het Nederlands, Fries en Engels

Het programma komt het beste tot zijn recht als alle opdrachten kort de revue passeren. De leerlingen krijgen zo al een eerste indruk van het ‘karakter’ van de verschillende opdrachten. Ook kunnen er afspraken worden gemaakt over het minimaal aantal te maken opdrachten. Uiteraard is hier de beschikbare tijd de bepalende factor. Vanzelfsprekend staat het elke docent vrij om een of meer opdrachten verplicht te stellen. Voor de hele groep of voor een bepaalde leerling.

Misschien is dit het goede moment om op de bladzijde met het overzicht van de keuzeopdrachten de nummers van de opdrachten die de leerlingen willen/moeten maken op te schrijven. Eventueel kunnen nu al – vrijwillige/verplichte – groepjes worden gevormd die samen besluiten over de keuze van de uit te voeren opdrachten.

foto oer2

Werken aan de opdrachten
De opdrachten zijn erg verschillend. Zowel wat betreft de inhoud, het niveau en de manier van (ver)werken. Leerlingen kunnen individueel aan een opdracht werken. Het werken in groepjes van twee-, drie-, of meer tallen stimuleert meestal de animo.

Opmerking: de ondervinding leert dat door de opzet van het brede, uitdagende scala aan opdrachten leerlingen ook thuis graag aan het werk willen!

Als er opdrachten buiten het schoolgebouw moeten worden uitgevoerd kan overlegd worden om die met de hele groep te doen. Uiteraard wel tijdig afspraken maken omtrent planning, datum, organisatie, enz.

Afsluiting
Het thema wordt klassikaal afgesloten zodat het onderwerp gemeenschappelijk afgerond wordt.

Voor meer: zie uitgangspunten>
foto oer3
mear witte